Fundamenten en fundamenten van Gedragstherapie

2985
Abraham McLaughlin
Fundamenten en fundamenten van Gedragstherapie

Zoals de naam suggereert, richt Gedragstherapie zich op menselijk gedrag en probeert het ongewenst gedrag of onaangepast gedrag uit te roeien. Meestal wordt dit type therapie gebruikt voor mensen met gedragsproblemen of psychische problemen die te maken hebben met ongewenst gedrag. Voorbeelden hiervan zijn verslavingen, angst, fobieën en obsessief-compulsieve stoornis (OCS).

Gedragstherapie is een actiegerichte behandeling die tot doel heeft positieve gedragsverandering te bevorderen. Andere therapieën, zoals psychoanalytische therapie, zijn over het algemeen meer gericht op kennis en duiken in het verleden. Bij gedragstherapie is het verleden nog steeds belangrijk omdat het vaak onthult waar en wanneer het ongewenste gedrag is ontstaan, maar het richt zich meer op huidig ​​gedrag en de manieren waarop dit kan worden verholpen.

Het uitgangspunt achter gedragstherapie is dat gedrag zowel kan worden aangeleerd als aangepast. Het doel is om het individu te helpen nieuwe, positieve gedragingen te leren die het probleem minimaliseren of elimineren.

Er zijn twee fundamentele principes die de basis vormen van gedragstherapie: klassieke conditionering en operante conditionering..

Klassieke conditionering

Gedragstherapie die is gebaseerd op klassieke conditionering, gebruikt een reeks technieken om gedragsverandering door te voeren. Oorspronkelijk stond dit type therapie bekend als gedragsmodificatie, maar tegenwoordig is het algemeen bekend als toegepaste gedragsanalyse. De verschillende methoden voor gedragsverandering zijn onder meer:

  • Overstroming: Overstroming is een proces dat over het algemeen wordt gebruikt voor mensen met fobieën en angst en bestaat uit het op een intense en snelle manier blootstellen van het individu aan objecten / situaties waar ze bang voor zijn. Het idee is dat de persoon tijdens het proces niet aan het object / de situatie kan ontsnappen en daarom zijn angst onder ogen moet zien. Het is duidelijk dat deze methode mogelijk alleen geschikt is voor bepaalde situaties..
  • Systematische desensibilisatie: deze techniek werkt op hetzelfde uitgangspunt als de vorige, maar is geleidelijker. De therapeut kan beginnen door de persoon te vragen een lijst op te schrijven van de angsten die ze hebben. Zodra deze lijst is geschreven, leert de therapeut ontspanningstechnieken die het individu kan gebruiken terwijl hij nadenkt over de lijst met angsten. Deze combinatie van het element dat angst en ontspanningsgedrag veroorzaakt, heeft tot doel de fobie of angst te elimineren.
  • Aversietherapie: het is gebaseerd op het uitroeien van ongewenst gedrag door het te begeleiden met een of andere vorm van aversieve stimulus om ongewenst gedrag te verminderen. Een voorbeeld van hoe dit wordt gebruikt, is wanneer een alcoholist een bepaald medicijn krijgt voorgeschreven dat misselijkheid, angst en hoofdpijn veroorzaakt in combinatie met alcohol. Dit betekent dat elke keer dat de persoon drinkt, deze negatieve bijwerkingen krijgt..

Operante conditionering

Operante conditionering maakt gebruik van technieken zoals positieve bekrachtiging, bestraffing en modellering om gedrag te helpen veranderen. Binnen dit type therapie kunnen de volgende strategieën worden gebruikt:

  • The Token Economy: Deze strategie is gebaseerd op positieve bekrachtiging: individuen krijgen tokens aangeboden die kunnen worden ingewisseld voor privileges of gewenste items wanneer positief gedrag wordt vertoond. Dit is een tactiek die veel wordt gebruikt door ouders en leerkrachten om het gedrag van kinderen te helpen verbeteren..
  • Contingency management: Contingency management omvat een schriftelijk contract tussen de therapeut en de persoon waarin de doelen, beloningen en sancties worden beschreven. Het hebben van een dergelijke duidelijke overeenkomst helpt om gedrag te veranderen en een gevoel van verantwoordelijkheid toe te voegen..
  • Modelleren: Modelleren omvat leren door anderen te observeren en te imiteren. Het hebben van een positief rolmodel kan mensen iets geven om naar te streven, waardoor ze hun gedrag kunnen aanpassen aan hun rolmodel..
  • Extinctie: Extinctie werkt door elk type bekrachtiging voor negatief gedrag te verwijderen. Een voorbeeld hiervan is een kind dat zich slecht gedraagt. Door hem uit de situatie te halen (en de aandacht die ermee gepaard gaat) moet het gedrag stoppen.

Gedragstherapie voor psychische problemen

Gedragstherapie werkt het beste bij psychische aandoeningen die ongewenst gedrag veroorzaken. Voorbeelden hiervan zijn verslavingen, angstgevoelens, fobieën en OCS. In veel gevallen werkt gedragstherapie op zichzelf goed, maar veel therapeuten vinden dat integratieve therapieën (zoals cognitieve gedragstherapie) effectiever zijn voor de behandeling..

Alle psychologische therapieën


Niemand heeft nog op dit artikel gereageerd.